.
Twee broers waren de enige erfgenamen van hun op 05.01.2014 gestorven vader. Tot de erfenis behoorde onder andere een tweegezinswoning met een woonoppervlak van 120 vierkante meter. De vader van de broers woonde hier alleen tot aan zijn dood. Iets meer dan een jaar later na het overlijden van hun vader, op 20.02.2015, sloten de broers een overeenkomst (een zogenaamde Vermächtniserfüllungsvertrag), waarna enkel de eiser eigenaar werd van de woning. De inschrijving in het kadaster volgde op 02.09.2015. De woning werd tot die tijd niet bewoond. Vanwege de verouderde toestand van de woning, wilde de eisende broer er niet intrekken voordat de woning werd gerenoveerd. Pas in april 2016 heeft hij een bedrijf ingeschakeld voor de renovatie van de geërfde woning. De bouwwerkzaamheden begonnen in juni 2016, ruim twee jaar later na het overlijden van zijn vader.
Het Finanzamt stelde vast dat er erfbelasting verschuldigd en was van visie dat in dit geval de belastingvrijstelling voor gezinswoningen niet in acht moest worden genomen. Volgens het Finanzamt veronderstelt de belastingvrijstelling dat de erflater de woning tot aan het moment van successie voor eigen woondoeleinden heeft gebruikt of dat hij om dwingende redenen werd verhinderd het appartement voor zijn eigen woondoeleinden te gebruiken. De woning moet voor de erfgenaam daarnaast onmiddellijk na het overlijden van de erflater ter eigen gebruik als gezinswoning bestemd zijn. Een voorwaarde is dat het vloeroppervlak niet groter mag zijn dan 200 vierkante meter. Ook de belastingrechter vond dat bij de bovenstaande verkrijging erfbelasting verschuldigd was.
De Bundesfinanzhof bevestigt derhalve de afwijzing voor een belastingvrijstelling door het Finanzamt. De eiser heeft na de inschrijving in het kadaster niet zo spoedig mogelijk aangegeven dat de woning bestemd was voor eigen woondoeleinden.
Pas in april 2016, meer dan twee jaar na het overlijden en meer dan zes maanden na de inschrijving in het kadaster, schakelde de eiser een bedrijf in voor de renovatie van de woning. De eiser had niet uitgelegd en aannemelijk gemaakt dat hij niet verantwoordelijk was voor deze vertraging. Ten slotte wees het Bundesfinanzhof erop dat de eiser op de datum van de hoorzitting voor het Finanzgericht - dat wil zeggen twee jaar en acht maanden na de erfenis - nog steeds niet het geërfde huis was ingetrokken.
De slotsom is dat erfgenamen een woning van hun ouders belastingvrij kunnen erven als ze deze binnen zes maanden na het overlijden van hun ouder(s) intrekken en voor eigen woondoeleinden gaan benutten.
Met vriendelijke toestemming van het Kantoor Rechtsanwalt-STRICK – Rechtsanwälte & Steuerberater Siemensstraße 31 D-47533 Kleve – Bron :www.strick.de
Recente reacties